Meer vertrouwen, minder controle
Jan Paternotte, fractievoorzitter van D66 in Amsterdam, is dagvoorzitter op de startbijeenkomst Technisch Vakmanschap op 28 oktober. En dat is niet toevallig. Naast het spoor zijn vakmanschap en samenwerking thema’s die hem bijzonder aanspreken.
Je zou het misschien niet meteen verwachten, maar het spoor heeft altijd een rol gespeeld in Jans leven. ‘In mijn ouderlijk huis keek ik vanuit mijn kamer uit op de spoorlijn. Ik bleef maar, net als alle kinderen denk ik, kijken naar de treinen. Als student was ik fervent treinreiziger, erg blij was ik daarom destijds ook met de OV-jaarkaart. In New York woonde ik dicht bij het Grand Central Station. En ook nu kijk ik vanuit mijn raam uit op het spoor, waar de treinstellen geparkeerd staan. Eigenlijk heb ik in mijn leven nooit meer dan 300 meter van het spoor gewoond.’
Meer vertrouwen, minder controle
Spoor en vakmanschap gaan wat Jan betreft hand in hand. ‘Vakmanschap vind ik een buitengewoon boeiend thema. Vakmanschap lééft in de samenleving. In het sociale domein is het snel opgekomen, zoals de leraar die met zijn eigen ideeën en methodes voor de klas staat. In de techniek wordt dat nu ook opgepakt: méér vertrouwen, minder controle en certificering. Niet voor niks is ons spoor nu al een internationaal voorbeeld van stiptheid. Er wordt gewerkt met de beste professionals in het vak.’ En dat is precies wat we in Nederland volgens Jan moeten nastreven en koesteren: vooroplopen in sterk vakmanschap. ‘En wie weet dat de spoorsector daar ook naar toe kan werken.’
Ruimte voor eigen ideeën
‘In Nederland zie ik dat er gelukkig steeds meer ruimte ontstaat voor mensen die iets kunnen, willen en ideeën hebben. Er zijn al genoeg modellen waarbij mensen alleen maar gevraagd worden om nog even het laatste schroefje aan te draaien. Maar juist als je mensen laat doen waar ze goed in zijn en ze daarin de ruimte geeft, ontstaan er dingen die ertoe doen. Als je daarbij ook nog gebruik kan maken van elkaars capaciteiten en de samenwerking opzoekt, dan hebben we het volgens mij over echt vakmanschap.’
Jan herkent bij grote organisaties een patroon. ‘Om grip te krijgen op complex werk stapelen protocollen en het bijbehorende papierwerk zich vaak op. Zo is iedereen ingedekt: de professionals zijn keer op keer getoetst, het is veilig. Zo’n systeem van checks and balances is mooi, maar schiet vaak door. En als je steeds aan de veilige kant blijft zitten, mis je kansen. Mogelijkheden om jezelf en anderen verder te laten ontwikkelen, blijven daardoor liggen.’
Geen containerbegrippen
Op 28 oktober zal Jan de aanwezigen stevig ondervragen. Iedereen doet mee, wat hem betreft. ‘We moeten zien te voorkomen dat we in containerbegrippen blijven hangen. Maatwerk? Ja, zie ik iedereen dan knikken, goed idee! Maar wat versta je hier dan onder? En wat gaan we doen?’
Jan in het kort
Jan leidde onder meer grote congressen voor ministeries, provincies, gemeenten, de Europese Commissie en het maatschappelijk middenveld variërend van de cultuursector tot de champignonteelt. In zijn dagelijks leven adviseert hij daarnaast publieke instellingen op het snijvlak van beleidsvraagstukken, politiek en pers. Jan studeerde Europees Recht en Politicologie aan de Universiteit van Amsterdam, was medewerker van Europarlementariër Marietje Schaake en liep stage bij RTL Nieuws in New York.